Doorgaan naar hoofdcontent

Kan jouw kind dat niet?


Laura Batstra Universiteit Groningen

Als ouders meer zouden weten over de ontwikkeling van hun jonge kind (tot zeven/acht jaar), wat zou er dan gebeuren. Dat vroeg ik mij af in een recente bijdrage op deze blog.

http://wijzeouders.blogspot.nl/2012/09/als-ouders-meer-wisten-van-de.html

In mijn praktijk kom ik erg vaak kinderen tegen met faalangst en wel op steeds jongere leeftijd.

Nu stel ik opnieuw de vraag maar dan met een toevoeging: als men in het onderwijs eens meer wist van de ontwikkeling van jonge kinderen, wat zou er dan gebeuren?

Uit Noors onderzoek blijkt dat 91% procent van de ouders een vierjarig kind inschatten met de kwaliteiten en vermogens van een zevenjarige. Ik had dat al gemerkt en ben blij een onderzoek tegen te komen dat daaraan refereert. Mijn belevingen alleen kunnen waarschijnlijk niet overtuigen, daar moet een gedegen wetenschappelijk onderzoek tegenover staan en daar ben ik niet voor. Ik ben geen wetenschapper. Nou ja, niet in de zin van de huidige visie daarop.

Maar als men de ogen en oren openhoudt en goed kijkt en voldoende stil staat bij de ervaringen die men heeft met kinderen, dan zou men tot de conclusie kunnen komen dat Laura Batstra wel eens gelijk zou kunnen hebben: zij schrijft over faalangst in een boek over ADHD. Het heet: hoe voorkom je ADHD? Door de diagnose niet te stellen. Voor meer informatie over Laura Batstra: http://www.artsennet.nl/opinie/Gastblogs/Laura-Batstra.htm

Ik tref regelmatig in mijn eigen praktijk kinderen die druk en zenuwachtig zijn. Maar als ik goed observeer zie ik kinderen die steeds maar doorgaan omdat ze:
Bang zijn om fouten te maken
Niet de vermoeidheid in hun lijf willen voelen en dus maar doorgaan en doorgaan
Hun ouders niet willen teleurstellen
Denken dat ze het allemaal moeten weten en bang zijn omdat ze het niet weten
Hun leerkracht willen laten zien dat ze al heel veel weten...
De eerste, de beste, de grootste en de sterkste willen zijn

De Wijze Ouderconsulenten gaan binnenkort ook cursussen geven aan kinderen van vijf tot zeven jaar.
En weet u waarom? Omdat we de ouders dan kunnen vertellen dat ze wellicht te veel verwachten van hun kind. De ouders krijgen op een hele leuke wijze allerlei informatie terwijl hun kind de leuke cursus volgt. Wat willen we de ouders graag vertellen? Dat ze eigenlijk teveel verwachten van hun kind.

  1. Bijvoorbeeld omdat ze denken dat hun kind van bijna vijf al weet hoe het tot rust moet komen.
  2. Of dat hun kind van vijf al zelf een woedeaanval kan tegenhouden
  3. Of dat hun kind van vijf al handig kan nadenken over moeilijke problemen zoals een scheiding van de ouders.
  4. Of dat hun kind na één keer uitleggen goed weet hoe je iets alle volgende keren ook moet doen.

De cursus is erg speels van opzet. Veel verhalen, kleurplaten, spelletjes en doe-dingen. Want de kinderen mogen het naar hun zin hebben en niet het gevoel hebben dat ze komen omdat ze iets niet kunnen. Ze gaan immers naar school om nieuwe dingen te leren, zo ook bij mij in de praktijk. En door veel te oefenen word je steeds beter!

In de tips en tools voor ouders geef ik altijd een verwijzing naar boeken over ontwikkelingsfasen van kinderen. In mijn wachtkamer zie ik gelukkig veel ouders bladeren in het boek van Rite Kohnstamm: Kinderen als beroep.
Natuurlijk nemen kinderen soms een verschillende route dan andere kinderen. Het is de reden voor de differentiatie die men in de klassen van tegenwoordig wenst. Marietje kan al dit dus bieden we haar dat aan. Mark kan nog niet dat dus doen we dat met hem. Ruben verveelt zich dus zal waarschijnlijk onderpresteren. ALle verschillende leerstijlen buitelen over elkaar heen en daar moeten we natuurlijk rekening mee houden.

Maar sociaal-emotioneel en op sensorisch verwerkingsgebied en de ontwikkeling van motoriek moeten we die vergissing niet maken denk ik. Sommige kinderen kunnen al snel lezen, anderen al snel rekenen, weer anderen weten al vroeg de indeling van de week of zoeken al interessante zaken op via de digitale snelweg.

Maar op sociaal-emotioneel gebied maken de kinderen volgens mij allemaal ongeveer dezelfde ontwikkeling door. Net als op het gebied van de sensorische verwerking en de motorische ontwikkeling.

Het is mij bovendien een raadsel waarom we in de loop van de afgelopen jaren de kinderen zo hoog zijn gaan inschatten.
Volgens mij kan dat alleen maar te maken hebben met de ontwikkeling die hun ouders doormaken. Hun jonge kinderen volgen en spiegelen hen, ze leven in een imitatiewereld en leren door te kijken en te luisteren hoe hun ouders of een ouder broertje of zusje het doen. Of de leerkracht. Die hebben hun eigen verbale kwaliteiten ontwikkeld, hebben een mening, zijn kortom mondig geworden. Ze hebben hun wil al leren richten. Het jonge kind doet dat na. Probeert het na te doen en loopt misschien wel vast omdat het van zichzelf al te veel verwacht.

Zowel ouders als leerkrachten hebben bovendien vaak verleerd om te spelen met kinderen. De grootste uitdaging voor de deelnemers aan de trainingen is om te leren spontaan te spelen en te acteren met handpoppen of spontane spelletjes te doen. Ik merk steeds weer hoe moeilijk dat is voor hen. Dat was het ook voor mij toen ik met jonge kinderen ging werken, maar inmiddels is mijn schroom weggevallen en spring ik als een kikker, waggel ik als een pinguïn, trek ik hoofd en armen in als een schildpad, kriebel ik als een spin en zing, dans en rijm ik waar je bij staat! Want ritme is immers erg belangrijk voor de rijping van het brein.

Ik geloof werkelijk dat wanneer ouders en leerkrachten zich weer zouden afstemmen op de beleving van de kinderen en op de ontwikkeling die ze doormaken die hoort bij een bepaalde levensfase faalangst minder zou voorkomen. Als ouders heerlijk zouden spelen met hun kind zou dat voor beide partijen geweldig zijn! Floortime dus, elke dag!

Ik pleit er voor om de kinderen te gaan zien als persoontjes die bezield willen worden. Om dat te kunnen laten gebeuren is het noodzakelijk dat hun lichaam zich evenwichtig mag ontwikkelen, dat hun zintuigelijke ervaringen geaard mogen worden en woorden mogen krijgen wanneer de tijd er rijp voor is en dat ze voordien mogen spelen en beleven zoveel als mogelijk omdat hun lichaam en hun brein dat nodig hebben. Spel helpt hen hun lichaam en brein klaar te stomen voor het echte werk! En, ach van mij mag dat echte werk best later starten.

Als het lichaam en de hersenen er klaar voor zijn leren de kinderen waarschijnlijk in een paar maanden lezen, kunnen ze zich beter concentreren en voelen ze zich veiliger. Dat dat bij het ene kind eerder gebeurt dan bij het andere kind is natuurlijk van belang. Maar laat het kind lekker nog kind zijn alstublieft!

Veel moed en wijsheid!

Image: Colourbox.com

http://wijzeouders.blogspot.nl/2012/09/als-ouders-meer-wisten-van-de.html

Reacties

Populaire posts van deze blog

Mijn kind ziet kleurtjes

Deze keer een vraag over het waarnemen van kleuren door een klein meisje. Wil je ook een vraag beantwoord krijgen?  Stel hem via:  info@de-praktijk.org De vraag deze keer is: Mijn dochter van 8 ziet als ze gaat slapen, als ze ontspannen is met ogen dicht, groene kleurtjes, ze bewegen als een lavalamp en van buiten/boven/onder naar binnen, eerst langzaam dan steeds sneller, ze komt hierdoor heel moeilijk in slaap, ze vindt het niet eng, alleen maar vervelend. Ik ben naar de huisarts geweest maar die wist het niet, hij zou met een oogarts overleggen en mij terugbellen, maar heeft dat tot dusver niet gedaan. Dus ik denk dat het een “probleem” is van andere orde, misschien dat u wat antwoorden voor me heeft. Je dochter is nog 'open' bij haar derde oog. Waarschijnlijk ziet ze met haar niet fysieke oog, haar eigen kleurtjes, de kleur van het hartchakra. Kleine kinderen kunnen met het derde oog dingen zien die wij als volwassene niet meer kunnen waarnemen. Rond het ze...

Naar groep 3

De ouders van een meisje van zes kwamen naar me toe. Hun dochter is een kind met een sterk check-en-stop systeem, dat wil zeggen dat ze zich makkelijk onveilig voelt, vooral bij veranderingen en nieuwe situaties. Daarnaast kwamen we tot de voorzichtige conclusie dat Rosanne, zoals ik haar zal noemen, een sensitieve belever en denker is, ze ziet en hoort alles, en verwerkt de informatie vervolgens diepgaand. Ook zoekt ze steeds steun in haar omgeving, ze heeft nog onvoldoende lichaamssteun om zichzelf staande te houden. Ze kan haar plek nog onvoldoende innemen. Dit merkten we omdat ze bijna altijd tegen haar ouders aan zit, en deze steun mist ze natuurlijk zodra ze op school is.  Dit alles maakte dat de ouders zich zorgen maakten over de overgang van Rosanne van groep 2 naar groep 3.  Rosanne is een prikkelmijder, maar ze heeft wel veel zinvolle prikkels nodig om zich veilig te voelen. En juist voor deze groep kinderen is een overgang van de en...

Waarom diagnoses nog zo belangrijk zijn

Ons bereikte de vraag: school vraagt om een diagnose voor mijn kind. Kan hoogsensitviteit worden gediagnotiseerd? Hoogsensitiviteit is weliswaar vastgesteld in een wetenschappelijk onderzoek onder andere door Elaine Aron (haar eerste boek is gewijd aan de onderzoeksresultaten ervan) en door de universiteit Leuven, maar een diagnose kan desondanks nog steeds niet worden gesteld.  De resultaten van een onderzoek van de Vrije Universiteit Brussel wijzen op een sterk ontwikkeld pauze en check systeem in de hersenen, deze groep kinderen is zich eerder bewust van gevaar.  Daarnaast is de sensitieve wijze van verwerken in de hersenen aangetoond. Daar komen de volle hoofden vandaan. Maar verder kunnen we het nog steeds zien als een karaktereigenschap die we bij steeds meer nieuw geboren kinderen aantreffen is onze ervaring. In combinatie met een aangeboren temperament zal het kind of prikkelmijdend of mogelijk prikkelzoekend zijn (introvert/extravert). ...